Ambitie 1: We garanderen brede ontwikkelingsmogelijkheden

Leerlingen hebben een goede basis om succesvol te zijn in het vervolgonderwijs en in de maatschappij.

Speerpunt A: We behalen, meten en borgen ambitieuze kwaliteisdoelen

Onze ASKO-scholen hebben de basis op orde, werken aan ambitieuze doelen en maken dat expliciet zichtbaar.

shutterstock 1817180729 GrootDe basis van onze scholen, volgens onze 9 kwaliteitswaarden, is op orde als we aan alle leerlingen kunnen bieden wat ze nodig hebben. Daarvoor hanteren we systemen en instrumenten én versterken we de kwaliteitscultuur binnen ASKO, binnen een goed lopende cyclus van planning en control. Voortdurend en actief werken aan kwaliteitszorg is de drijvende kracht van professioneel handelen en ontwikkeling op alle niveaus binnen ASKO.

Zo urgent is het

Kwaliteit is de mate waarin een school erin slaagt de gestelde doelen met betrekking tot de leerlingresultaten en de processen te realiseren naar tevredenheid van zichzelf, het bestuur, de Inspectie en afnemers van het onderwijs. Op een goede school is er sprake van een sterke kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur die stimuleert dat alle betrokkenen, zowel intern als extern, zich continu richten op het definiëren en behalen van de gewenste kwaliteit en door middel van een constructief-kritische houding streven naar de daarvoor zo nodig vereiste kwaliteitsverbeteringen. Een school moet in samenspraak met het schoolbestuur zelf instrumenten ontwikkelen om zo’n cultuur te realiseren zodat ze in gezamenlijkheid kunnen streven naar onderwijsverbetering. Onderwijskundig leiderschap is essentieel voor doelgerichte sturing en focus in de onderwijs-ontwikkeling en leidt ertoe dat teams vanuit eenzelfde visie werken aan gezamenlijke doelen, die zij voortdurend evalueren en bijstellen. (Inspectie van het Onderwijs, 2020)

Wat hebben we over vier jaar bereikt?

Binnen ASKO werken we aan een systeem van kwaliteitszorg, waarin onderwijsopbrengsten, een kwaliteitscultuur en verantwoording een nadrukkelijke plek kennen. Ten behoeve daarvan zijn onze onderwijsprofessionals toegerust om de basisvaardigheden en brede ontwikkeling van leerlingen planmatig en doelgericht te versterken. Ze hebben de expertise om doordachte keuzes te maken in hun aanbod en leeractiviteiten en maken gebruik van wetenschappelijke inzichten en kansrijke aanpakken. Samenwerking met het voortgezet onderwijs mag daarbij worden verbeterd: we streven naar het voorkómen van een te vroege selectie en naar doorgaande ontwikkellijnen.

Het inzetten van deze inzichten en het delen van kennis is essentieel om leerlingen op hoog niveau te kunnen laten leren. Leraren en IB’ers worden gefaciliteerd om deel te nemen in kennisnetwerken en leerteams, waarin ze reflecteren op de eigen aanpakken en elkaar stimuleren om de basisvaardigheden en brede ontwikkeling van leerlingen continu te verbeteren en ontwikkelen. Kwaliteit van ontwikkeling wordt op alle niveaus gemonitord en geborgd, bijvoorbeeld in de vorm van kwaliteitskaarten. Om dit te realiseren werken onze scholen nauw samen met ouders en partners in en rond de school.

Wat spreken we af om leerlingen maximale kansen te bieden?

  • Het bestuur en onze scholen tonen aan te voldoen aan de doelen en normen uit de 9 kwaliteitswaarden.
  • Het bestuur onderzoekt mogelijkheden om een te vroege selectie te voorkómen en doorgaande ontwikkellijnen van PO naar VO te creëren, waaronder de zgn. 10-14-school.
  • Onze scholen analyseren resultaten, duiden die en trekken daar conclusies uit voor het opstellen van gerichte verbeterplannen. Zij monitoren en stellen bij als het nodig is en werken gericht aan verbeteringen.
  • Onze scholen verantwoorden zich structureel over de gerealiseerde kwaliteitsdoelen. Zij zetten daartoe evaluaties, audits en visitaties gericht in.
  • Onze scholen dragen bij o.a. via leerteams en kennisnetwerken bij aan actieve reflectie en kennisuitwisseling over het versterken van basisvaardigheden binnen de stichting.

Hoe weten we dat we onze doelen bereikt hebben?

  • Het bestuur toont aan een goed lopend systeem van kwaliteitszorg te hanteren, waarin hoge verwachtingen omtrent onderwijsresultaten, kwaliteitscultuur en verantwoording een plek hebben.
  • Het bestuur meet de onderwijskwaliteit met landelijke normen en benchmarks met andere schoolbesturen en door het toetsen van tevredenheid bij partners. Het bestuur gebruikt de conclusies voor gerichte bijsturing.
  • Het bestuur monitort de op- en afstroom in het derde leerjaar van het VO, om te achterhalen of onze VO-adviezen in lijn liggen met het daadwerkelijke leerlingsucces in het VO.
  • Het bestuur initieert onderzoek, gericht op onderwijskwaliteit en basisvaardigheden, waaraan álle scholen deelnemen.