Toelichting ASKO over verbinding onderzoeksmatig werken en kwaliteitszorg
Hoe kunnen scholen ervoor zorgen dat kennis en onderzoek steeds meer en beter benut wordt voor schoolontwikkeling en innovatie?
Deze vraag stond centraal in de workshop over kennis en onderzoek, waarvoor Diane Middelkoop en Hester Edzes door de PO raad waren gevraagd om toe te lichten hoe zij als bestuurder en onderzoekscoördinator het onderzoeksmatig werken verbinden met de kwaliteitszorg.
De vraag werd in de workshop vanuit drie perspectieven benaderd.
Vanuit de wetenschappelijke hoek lichtte Theo Wubbels, hoogleraar aan de Universiteit van Utrecht, het doel van onderzoek toe en ging in op het formuleren van ‘goede’ onderzoeksvragen. Het spiraalmodel voor reflectie van Korthage werd door Theo Wubbels vertaald naar een model voor praktijkonderzoek. (zie hiernaast).
Anje Ros, lector aan de Fontys hogeschool, vertelde hoe je het praktijkonderzoek zo kunt organiseren dat het bijdraagt aan de schoolontwikkeling. Als belangrijke condities voor praktijkonderzoek noemde ze dat het onderzoeksthema zich met name richt op verbetering van leerkrachtgedrag, aansluit bij speerpunten in het beleid (het schoolplan) en draagvlak en een gevoel van urgentie kent bij de leerkrachten. Daarnaast benadrukte ze het belang van een open cultuur in de school waarin mensen elkaar feedback kunnen geven en de rol van de directeur, die de ruimte geeft voor de uitvoering van het onderzoek en verbindingen legt binnen de schoolorganisatie.
In een gesprek na de drie pitches werden veel vragen gesteld over de wijze waarop op de academische ASKO opleidingsscholen het onderzoeksmatig werken wordt georganiseerd en vormgegeven. Er werd enthousiast gereageerd op de praktijkvoorbeelden die we vertelden over onze (academische)opleidingsscholen.
Mede door de verschillende perspectieven van de workshopleiders werd het een dynamisch gesprek. Wederom werd zichtbaar waarom de verbinding en samenwerking tussen de praktijk van het onderwijs, de Hogeschool en Universiteit zo waardevol is.